Nieuw pensioenstelsel: invaren of niet?
Is het een goed plan om pensioenen die via de huidige pensioenregeling zijn opgebouwd in te brengen in de toekomstige pensioenregeling? Over deze vraag buigen sociale partners zich op dit moment in de aanloop naar deze nieuwe regeling. In dit bericht zoomen we in op de uitdaging die de vóór 1 juni 2001 door militairen opgebouwde pensioenaanspraken hierbij met zich meebrengen.
Het uitgangspunt van de nieuwe pensioenwet is dat reeds opgebouwde pensioenaanspraken- en rechten in de nieuwe pensioenregeling worden ondergebracht. Als dit uiteindelijk gebeurt, dan zijn de hierin vastgelegde regels direct van toepassing op deze aanspraken. Op deze manier houd je het huidige en het nieuwe pensioen bij elkaar en dit noemen we ook wel ‘invaren’. Op dit moment wordt berekend of het invaren van de bestaande pensioenaanspraken gunstig uitpakt voor deelnemers en gepensioneerden, zoals vaak wordt verondersteld.
Pensioenaanspraken
Lastig hierbij is dat de pensioenaanspraken die militairen vóór 1 juni 2001 opbouwden nog worden gefinancierd uit de begroting van Defensie. Hiervoor heeft pensioenfonds ABP dan ook geen vermogen beschikbaar. Om deze aanspraken te kunnen invaren in de nieuwe regeling en deze zo in de individuele pensioenpotjes van militairen te laten belanden, moet de totale geldwaarde van die pensioenen aan het ABP worden verstrekt. Een relevant punt in de discussie hierover is de bepaling dat niet kan worden gekort op de pensioenaanspraken die worden gefinancierd met de defensiebegroting. Bij het invaren van dit deel van het pensioen kan deze bepaling echter niet worden gehandhaafd.
Berekeningen
Het kabinet heeft inmiddels toegezegd om het benodigde budget te verstrekken om voor het ‘begrotingsgefinancierde’ pensioen geld te kunnen inleggen bij het ABP. Dit zal het doen als sociale partners de definitieve keuze maken om de opgebouwde pensioenen in te brengen in de nieuwe pensioenregeling. De uiteindelijk te maken keuze is sterk afhankelijk van de op dit moment gemaakte berekeningen, die moeten aantonen of de nieuwe pensioenregeling inderdaad voordelig is voor deelnemers en gepensioneerden.